Klein maar fijn

IMGHeel afgelopen week heb ik getwijfeld: zal ik wel, zal ik niet zaterdag meedoen aan de Halve van Oostvoorne? Ik wilde dit seizoen zo graag een PR lopen, dacht ook dat dat moest kunnen, maar de drie pogingen mislukten. Ik wilde twee weken geleden nog een vierde poging wagen, maar toen werd ik verkouden. En ook nu twijfelde ik over mijn vorm: de verkoudheid was pas dinsdag definitief geweken, woensdag had ik wat hooikoorts, donderdag last van mijn rug, twee nachten matigjes geslapen… Ging ik dan niet onderweg naar de vierde teleurstelling?

Gister was ik bij mijn masseur, Marcel van In Goede Handen, en die gaf net het duwtje dat ik nodig had. Dat duwtje had twee ingrediënten:

  • Als je niet gaat lopen, laat je je bepalen door angst – zei Marcel. En die vierde keer, die gaat er sowieso een keer van komen, dus waarom niet morgen? Hmm, ja. Angst voor teleurstelling – da’s een slechte raadgever, want zo gun ik mezelf ook niet de kans op succes, zo realiseerde ik me.
  • Lopers zijn meestal ontevreden over hun tijd, zei Marcel. Hij had afgelopen week een paar CPC-deelnemers onder handen gehad, en die waren allemaal ontevreden. Marcels inschatting is dat minstens tweederde van de lopers niet loopt zoals-ie wil. Anders gezegd: zo makkelijk loop je niet op de toppen van je kunnen, en voor dat wél doen, moet alles meezitten en of dat zo is, weet je niet van tevoren. Dat is ook een kwestie van vaak doen, en accepteren dat het vaker tegen- dan meevalt. Oja. Later bleek manlief, een ervaren loper, dat te herkennen.

Volgens Marcel voelden mijn benen ook nog eens prima. Dus, vandaag op naar Oostvoorne, nog vol met twijfels, want afgelopen nacht was zelfs ronduit slecht (da’s mijn enige echte overgangskwaaltje: dat ik veel slechter slaap dan vroeger), dus zo energiek voelde ik me niet. Zelfs bij het inlopen dacht ik nog: ???, want mijn hartslag vloog omhoog.

Toen klonk het startschot, chaotische start, dus rustig begonnen, en eenmaal met wat ruimte om me heen eens gekeken wat de benen wilden. Dat was wel zo rond de 5’30 lopen, de tijd nodig voor een PR. Bij de meest recente poging lukte dat niet, kon ik het gaspedaal niet vinden – nu dus wel. Maar ging ik dat volhouden? Bij de eerste twee halve marathons dit seizoen ging ik in de tweede helft helemaal op een hoop.

Kilometer 12, 13, 14, 15… ik werd wel moe, maar nee, niet op die hoop. En ondertussen vond ik het lekker lopen: prachtig parcours door de duinen en met veel slingeren dus nooit saai – en de zeelucht doet mij altijd goed. Bovendien bleef ik steeds andere lopers in het vizier houden en zelfs inhalen, dat deed ook deugd.

Zou ik de laatste drie kilometer nog kunnen versnellen? Dat werd lastig, want daarin zat hoogteverschil (het nadeel van die mooie duinen) en één van de weinige onbeschutte stukken. Ik moest alle zeilen bijzetten om mijn tempo vast te houden, maar dat lukte, en aan het eind kon ik zelfs nog sprinten, geholpen door een lekkere afdaling terug Oostvoorne in.

Ik kwam over de finish in bruto precies een evenaring van mijn PR, maar netto 30 seconden sneller. Da’s een klein PR, een PR’etje, maar ik ben er heel blij mee, want het waren niet de makkelijkste omstandigheden en bovenal: ik heb pijnvrij en krachtig gelopen, het hele eind. En dat is echt voor het eerst.  Want die tijd, nouja, da’s mooi, maar dat hele PR, dat stond eigenlijk symbool voor het seizoensdoel ‘de halve marathon onder de knie krijgen’. Vandaag had ik voor het eerst het gevoel dat dat zo was. En dat is hartstikke fijn!

En ik heb Marcel een SMS’je gestuurd om ‘m te bedanken voor z’n peptalk!

(Ik sta trouwens niet in de officiële uitslag, want ik had een startnummer overgenomen van iemand.)

 


Reacties

Klein maar fijn — 1 reactie

  1. Graag gedaan Louise,maar uiteindelijk heb jij! het gewoon gedaan!
    een mooi succes(je) naar je doel!

    ga door !!!! Marcel.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.