Vorig jaar heb ik voor de langere triatlons een eetplan uitgedokterd dat ik sindsdien heb geoefend en geperfectioneerd en in grote lijnen wil handhaven voor de Ironman. Er was echter één dingetje waar ik niet uitkwam en dat ik in deze prutzomer niet heb kunnen oefenen: drinken bij hitte (weersverwachting op dit moment: 31 graden).
De adviezen in boeken en op websites die ik geraadpleegd heb, gaan uit van intensievere sportbeoefening dan ik mogelijk ga doen bij het lopen. Wat dan op de loer ligt is tevéél drinken, wat zelfs tot watervergiftiging kan leiden (triathlon-voorbeeld), iets waarvan ik weet dat bij bijvoorbeeld marathons de tragere vrouwen er het meest vatbaar voor zijn. Niet dat ik daar nou zo bang voor ben, maar ik wilde nog net iets preciezer weten hoe ik voldoende drink maar niet te veel.
Ik ben daarvoor bij sportdiëtiste Sandra Buijing geweest en dat was nuttig. Zo lang je maar niet te veel zuiver water drinkt, is te veel drinken geen probleem. Dus sportdrank, water met zouten/electrolyten en water bij vast voedsel en gels enzo is prima.
Sandra adviseerde me om me voor en na een training te wegen, om na te gaan hoe veel vocht ik verlies. Dat heb ik een aantal keren gedaan, en dat was interessant. Ik trok zelf twee conclusies waar ze het wel mee eens was:
- Mijn gevoel is niet helemaal betrouwbaar. De twee keer dat ik het meest dorstig thuis kwam, had ik juist het minst uitgezweten. Beide keren was het wel warm. Bij de hardlooptrainingen van RA, met intervallen, zweet ik me kennelijk juist een ongeluk, zonder dat nou zo heel erg te merken.
- Bij openwaterzwemmen en hardlopen raakte ik relatief veel vocht kwijt, meer dan ik had verwacht:
- In het open water is dat denk ik voornamelijk doordat het koude water op m’n blaas werkt en ik dus vaak moet plassen onderweg. Ik ervaar het lange zwemmen sowieso steeds als killetjes nog, wat ik vooral merk aan witte vingers.
- Bij het ‘gewone’ hardlopen (dus niet in combinatie met fietsen) neem ik niet voldoende de moeite om genoeg te drinken, dat is praktisch vaak ook onhandig. Van de week nog: dan ligt bij de baantraining m’n bidon ergens in het gras, en als ik die ga pakken raak ik de aansluiting met m’n maatjes kwijt. Bij de Ironman zijn veel verzorgingsposten, dat maakt het makkelijker natuurlijk. Maar ik mag dan wel mijn best doen op voldoende drinken bij het lopen. En daarna bij trainen ook, want misschien droeg het vochtverlies wel bij aan het doodgaan tijdens de lange duurlopen bij mijn marathontraining.