Een persoonlijke-filosofische overweging vandaag, ik waarschuw maar (-;
Ik ben goed in bedenken hoe dingen kunnen mislukken. Jaren geleden heb ik daar eens aardig mee gescoord in een cursus RET. Daarin heet de neiging ‘rampdenken’, en een paar van mijn mede-cursisten konden zich er niks bij voorstellen. Ik wel. We hebben toen een soort roept-u-maar-spelletje gedaan, waarbij ik de hoofdpersonen van elk gegeven scenario binnen een paar stappen in de goot deed belanden. Dat lukte goed, en we hebben er hartelijk om gelachen. Ik zou een goeie zijn voor het schrijven van een zwartgallig boek of scenario!
De dagelijkse variant ervan speelt me echter wel degelijk af en toe hinderlijk parten, al is het gelukkig minder dan vroeger – da’s een voordeel van ouder worden, dat je je eigen gebruiksaanwijzing beter leert kennen. Maar toch, als het spannend wordt, dan steekt mijn rampdenken de kop op.
Spannend is het, project hele triathlon, want ik begeef me ermee op het randje van mijn kunnen. En dus steken de rampscenario’s de kop op. Nee, niet eens enorme ongelukken en dramatische blessures, dat is het niet. Het is meer dat ik me juist levendig kan voorstellen hoe ik me op en top voorbereid, en dat er dan net op het laatste moment een kink in de kabel komt. Net die dag van mijn triathlon is het snikheet of juist steenkoud, waait het knoeperhard, gaat het onweren, word ik met griep wakker, of heb ik zo’n maandelijkse dag waarop ik niet vooruit te branden ben…. en daar gáát het project waar ik jaren mee bezig ben geweest. Mislukt! Punt is ook dat je een hele triathlon niet zomaar even overdoet. Ze zijn vaak lang van tevoren al vol, en als je denkt: ‘volgend jaar beter’, dan zit je ook weer aan een jaar trainen vast.
En dan – ik kan gemakkelijk bedenken hoe ik van die ‘mislukking’ in de goot beland: ik ga dan af, sowieso, en al helemaal hier op het blog, en dan vinden jullie me niet meer aardig en mijn opdrachtgevers al helemaal niet meer, en daar gaan we dan… Ja, zo werken de hersenen van de rampdenker.
Ik probeer de risico’s zo veel mogelijk uit te sluiten, ik ben bijvoorbeeld bezig met kijken waar de omstandigheden voor mij zo gunstig mogelijk zijn – misschien, want overal kan net die dag de weer-pleuris uitbreken. De Ironman van Florida bijvoorbeeld staat als gunstig bekend, maar afgelopen editie kon het zwemmen niet doorgaan vanwege harde wind en stroming. De risico’s zíjn niet uit te sluiten, dat is juist het hele eiereneten van een buitensport.
Veel beter is het relativeren van mijn eigen denkwijze. Het is bijvoorbeeld maar net hoe je ‘mislukken’ definieert. In ‘project hele triathlon’ is die uiteindelijke dag toch eigenlijk niet meer dan het toefje slagroom op de pudding. Als dat dan wat mager uitvalt, nogalliefst door iets buiten mijn beïnvloedingsmogelijkheden – nouja, pech. En als het er helemaal niet komt: jammer, maar van de pudding heb ik dan enorm genoten. En over die eventuele ‘mislukking’ kan ik ongetwijfeld iets moois schrijven.
En ja, ik kan ook lachen om mijn eigen rampfantasieën. Maar wat als harde pit overblijft, is dat ik er hardnekkig in geloof dat ik op die dag van m’n hele triathlon pech zal hebben door omstandigheden waar ik geen grip op heb. Ik kan me bijna niet voorstellen dat het juist mee zou kunnen vallen. En dat terwijl ik geen slechte track record heb op het gebied van de omstandigheden bij grote evenementen: ik ben alleen tijdens Trondheim-Oslo onderkoeld uitgevallen. Verder viel het altijd mee, zoals die keer dat het in de aanloop naar La Marmotte snikheet was en net op de dag zelve zeer aangenaam. Of het valt tegen, maar wat maakt het uit – afgelopen zomer was het op de Dempster Highway bar en boos qua kou, nattigheid en modder, maar dat maakte het alleen maar heroïsch en ik heb een fantastische vakantie gehad. Maarja, ook dat is het geval met die irrationele gedachten: die zijn nergens op gebaseerd, of althans, niet op volwassen ervaringen.
Toch helpen die herinneringen aan goede ervaringen wel. En wat ook helpt: me realiseren dat ik het zelf opzoek. Ik zoek die hele triathlon bewust op, ik schurk bewust aan tegen de grenzen van mijn kunnen, ik kies voor de spanning die dat oproept. Op die manier is dit een welbewuste keuze om de strijd met mijn demonen aan te gaan. Ik zou het mezelf veel makkelijker kunnen maken, door weg te blijven van dit type uitdagingen. Maar dat wil ik niet. Op de @IronmanTri passeerde laatst het gezegde: ‘if it doesn’t challenge you, it doesn’t change you’. Zo is het maar net.